Bedrijfsvoering

Inleiding

Via de programmabegroting stelt de gemeenteraad de financiële kaders vast waarbinnen het college en de ambtelijke organisatie de beoogde maatschappelijke effecten dienen te realiseren. Daarbij moet aan de geldende wet- en regelgeving worden voldaan. De middelen moeten rechtmatig en ook doelmatig worden ingezet. Dit is een taak van bestuur en management. Om dit waar te maken moet niet alleen de bedrijfsvoering aantoonbaar op orde zijn, maar moet ook actief worden ingespeeld op inhoudelijke ontwikkelingen en de dynamiek van de omgeving.

Een begrotingsparagraaf Bedrijfsvoering is door het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) verplicht gesteld. De toelichting stelt: “Bedrijfsvoering is heden ten dage (…) meer en meer van belang voor het verwezenlijken van de programma’s en in verband daarmee voor een rechtmatig, doelmatig en doeltreffend beheer en beleid. (…). De bedrijfsvoeringsparagraaf dient inzicht te geven in de stand van zaken en de beleidsvoornemens omtrent de bedrijfsvoering.“ De bedrijfsvoering is van belang voor het verwezenlijken van de begrotingsprogramma’s en voor een rechtmatig, doelmatig en doeltreffend financieel beheer en beleid. In het bijzonder zijn de volgende elementen van belang:

  • planning en control (rechtmatigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid, ontwikkeling van de P&C-cyclus en controle op gemeenschappelijke regelingen);

  • organisatieontwikkeling (organisatieperspectief, sturen op kwaliteit, risicomanagement en (personeels-)kosten);

  • privacy en informatiebeveiliging.

  • Rechtmatigheidsverantwoording.

1. Planning en Control

Rechtmatigheid

De Wet Decentrale Rekenkamers is met ingang van 1 januari 2023 in werking getreden waarbij onder andere bepaald is dat het college via de paragraaf bedrijfsvoering een rechtmatigheidsverantwoording (RMV) opstelt waaruit blijkt hoe de bedrijfsvoering heeft gefunctioneerd. Op deze manier legt het college verantwoording af over de naleving van relevante wet- en regelgeving die betrekking hebben op het financiële reilen en zeilen van een gemeente. Over de naleving van de voorwaarden voor subsidies en Europese bestedingen bijvoorbeeld, maar ook over misbruik en oneigenlijk gebruik en lasten, waarvoor geen voorafgaande dekking was opgenomen in de begroting. Het college was tot en met 2022 verantwoordelijk voor de rechtmatigheid, maar de accountant bracht hierover verslag uit en voerde het gesprek met de gemeenteraad. Over het boekjaar 2023 heeft het college zelf een verantwoording opgesteld die opgenomen voor het eerst in de jaarrekening 2023. De accountant geeft een oordeel over de getrouwheid van de jaarrekening en daarmee tevens over de RMV.

Rechtmatigheid is een vast onderdeel in de bedrijfsvoering. De rechtmatigheidsaspecten monitoren we door audits en verbijzonderde interne controles (VIC’s). Een VIC behelst een controle op de opzet, bestaan en werking van de interne controle (IC) die medewerkers zelf uitvoeren als onderdeel van hun reguliere werkprocessen. Het doel is het tijdig opsporen en herstellen van onvolkomenheden in de uitvoering van processen en deze vervolgens te verbeteren om herhaling te voorkomen. Hiermee levert de VIC een bijdrage aan de interne beheersing van bedrijfsprocessen en staat ten dienste aan het management en het college.

In 2023 is door de invoering van de rechtmatigheidsverantwoording gekozen voor een vernieuwde wijze van risicobeoordeling op procesniveau, zoals opgenomen in het Controlplan 2023. Voor de periode 2024 tot en met 2026 werken we op deze lijn door en het streven is om over het boekjaar 2026 een "In Control" statement te verantwoorden in plaats van een RMV.

In 2024 dient het definitieve normen- en toetsingskader hiervoor vastgesteld te worden.

Continue verbetering P&C-producten

Middels de P&C-producten koppelen wij de ambities van de gemeente aan financiën en wordt tevens de relatie gelegd tussen de beoogde effecten en de geplande activiteiten. Het is aan de raad om te bepalen welke prestaties op de verschillende beleidsvelden nagestreefd worden. Om inzicht te verschaffen in de effectiviteit maken wij gebruik van effectindicatoren en normen die wij middels beleid en interventies kunnen beïnvloeden. Uiteraard sluiten wij ook aan bij de uniforme en verplichte indeling in taakvelden en de verplichte basisset van beleidsindicatoren uit het BBV. Deze zijn opgenomen in de diverse programma’s en voornamelijk gebaseerd op landelijk beschikbare en gecontroleerde bronnen. Daarnaast zijn de hoofdlijnen van een nieuwe Contourennota gepresenteerd voor de verdere doorontwikkeling van de organisatie, waarbij het verbeteren van proces- en risicomanagement een belangrijke ambitie is. Eind 2023 is door het management een vernieuwd proces voor de Planning & Controlcyslus vastgesteld. De vernieuwde werkwijze zal erin voorzien dat vanaf het begrotingsjaar 2025 de P&C producten meer op elkaar aansluiten dan voorheen en een logisch proces vormen voor de bijsturingen en verantwoordingen.

Controle op gemeenschappelijke regelingen

Voorafgaand aan een nieuwe begrotingscyclus sturen de colleges van de voormalige Haaglandengemeenten een brief aan zeven gemeenschappelijke regelingen. De brief bevat een aantal (financiële) kaders en afspraken. Doel is om daarmee meer lijn aan te brengen in de te hanteren financiële kaders voor de nieuwe begroting en meerjarencijfers van de gemeenschappelijke regelingen. De kaderbrief gaat vooral over de begroting T+1 en daarbij keren een aantal 'vaste' onderwerpen jaarlijks terug, waaronder aandacht voor de tijdige inzending van stukken, de wijze van omgaan met tekorten of overschotten, het indexeringspercentage en de hoogte van het weerstandsvermogen en -ratio.

2. Privacy en informatieveiligheid

We zijn in onze organisatie steeds afhankelijker van de beschikbaarheid van betrouwbare informatie. Een steeds verdere digitalisering van de overheid stelt eisen aan de bescherming van gegevens in het algemeen en persoonsgegevens in het bijzonder. Bij veel van die informatie past vertrouwelijkheid met het oog op zorgvuldige besluitvorming en/of bescherming van de persoonlijke levenssfeer. De Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) stelt de wettelijke kaders voor het verwerken van persoonsgegevens waaraan organisaties moeten voldoen om een zorgvuldige omgang met persoonsgegevens te waarborgen. De AVG eist dat organisaties aantonen dat de juiste technische en organisatorische maatregelen worden getroffen opdat de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van betrokkenen gewaarborgd blijft. Hiertoe zijn de uitgangspunten van de gemeente vastgelegd in en wordt uitvoering gegeven aan het privacybeleid en het informatiebeveiligingsbeleid. Het gaat onder andere om:

  • het bijhouden van een accuraat verwerkingsregister;

  • passende informatiebeveiliging;

  • het uitvoeren van risicoanalyses;

  • het toepassen van het privacy by design/default-principe;

  • de meldplicht datalekken;

  • bewustwording van privacy bij werknemers.

In ons informatiebeveiligingsbeleid wordt gewerkt naar de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO). Verder sluiten wij aan bij de gemeenschappelijke ontwikkeling van het informatiebeveiligingsbeleid door de Informatiebeveiligingsdienst (IBD) en de richtlijnen opgesteld door de IBD en het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC). Wij hanteren het uitgangspunt dat het management risico-gebaseerd stuurt op het gebied van informatieveiligheid. Het gaat onder andere om:

  • uitvoering geven aan ons informatieveiligheidsbeleid;

  • het verder implementeren en uitvoeren van het Informatie Security Management Systeem (ISM) waarmee informatie wordt verzameld ten behoeve van verplichte audits;

  • het uitvoeren van de Eenduidige Normatiek Single Information Audit (ENSIA) voor de verticale verantwoording aan de Rijksoverheid.

3. Organisatieontwikkeling

De ontwikkelingen in de samenleving volgen elkaar in rap tempo op. De samenleving verandert daardoor en zo ook de context waarbinnen wij als gemeente onze taken uitvoeren. Dit vraagt dat wij onze gemeentelijke dienstverlening daarop steeds aanpassen. Om dit te kunnen blijven doen is een wendbare en flexibele organisatie nodig en een professionele organisatie die zich blijft doorontwikkelen. In de Begroting 2024 is de raad verder geïnformeerd over enkele veranderingen die onze organisatie doormaakt en over de ontwikkelopgave die er nodig is om ook in de toekomst aangesloten te blijven op wat de samenleving van ons vraagt. In maart 2023 is er een nieuwe organisatieregeling vastgesteld waarin de topstructuur is aangepast van een tweehoofdige directie naar een Gemeentelijk Management Team (GMT) onder leiding van de gemeentesecretaris. Het GMT is onder leiding van de gemeentesecretaris - in de rol van algemeen directeur - verantwoordelijk voor het formuleren en het leiden van de ontwikkelopgave in samenwerking met het college en de ambtelijke organisatie. In 2023 is hiertoe een traject gestart waarbinnen een ontwikkelagenda wordt uitgewerkt om te bepalen waarop de organisatie zich moet ontwikkelen. Eind 2023 is er ook een bestuursopdracht vastgesteld waarin is bepaald dat naast de ontwikkelagenda een nieuw organisatiedocument wordt ontwikkeld. In het document zal er aandacht zijn voor de visie, de besturingsfilosofie, de organisatiestructuur en de ambitie voor de periode 2024-2028.

Omdat er een sterke samenhang is tussen de organisatieambitie en de dienstverleningsambitie is in de bestuursopdracht ook opgenomen dat de gehele visie op dienstverlening (inclusief digitale dienstverlening) aan inwoners en ondernemers herijkt dient te worden. De huidige visies dateren uit 2006 (dienstverlening) en 2015 (digitale dienstverlening) en zijn beiden aan vernieuwing toe. De gemeenteraad zal in dat traject meegenomen worden in lijn met de aanbevelingen uit het Rekenkameronderzoek digitale dienstverlening van maart 2023.

Sturen op kwaliteit

Kwaliteit staat voor de mate waarin onze organisatie voldoet aan de eisen en verwachtingen van inwoners, organisaties, bedrijven en andere betrokkenen. Systematische kwaliteitszorg is onderdeel van onze bedrijfsvoering. Een belangrijk aspect van kwaliteit, en één van onze kernwaarden, is continu verbeteren. Via een cyclus van Plan, Do, Check, Act (PDCA) onderzoeken we op verschillende terreinen in hoeverre we voldoen aan de eisen, verwachtingen en behoeft en van klanten en belanghebbenden. Die informatie wordt gebruikt om bij te sturen en verder te vernieuwen. Zo komen we steeds verder ‘in control’. Speciale aandacht gaat uit naar procesmanagement. We optimaliseren werkprocessen en leggen deze uniform vast zodat deze accuraat zijn en voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen. Via de eerder genoemde audits, VIC’s en 213a- onderzoeken wordt beoordeeld of in overeenstemming met de eisen is gehandeld. Ook deze cyclus draagt bij aan ons zelflerend en zelfcorrigerend vermogen en daarmee aan de RMV. Eind 2023 is door het GMT een vernieuwde Planning & Control cyclus vastgesteld. De vernieuwde cyclus start met de kadernota en begroting 2025.

Sturen op risico’s

Om de risico’s van de gemeente Pijnacker-Nootdorp in kaart te brengen is per afdeling op systematische wijze een risicoprofiel opgesteld. Met behulp van risico-software wordt dit risicoprofiel tweemaal per jaar geactualiseerd en opgenomen in de begroting en jaarrekening. In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing wordt hierbij de relatie gelegd tussen de verwachte risico’s en de beschikbare weerstandscapaciteit. Ook voor de begroting 2025 is onder andere gericht gestuurd op risicobeheersing bij de grondexploitaties, de decentralisatiebudgetten (in het bijzonder voor de jeugdhulp) en inkoop. De basis hiervoor is het vastgestelde overkoepelende risicobeleid (2020) dat verankerd is in organisatie via enkele ontwikkelsporen. Deze omvatten onder andere risicostrategie en -analyse, monitoring en informatievoorziening, maar ook risicocultuur en -bewustzijn. Vanuit het BBV zijn een aantal financiële kengetallen verplicht gesteld. Deze kengetallen geven onder andere inzicht in de mate waarin we over voldoende financiële ruimte beschikken om structurele en incidentele lasten te kunnen dekken en maken het daarmee mogelijk om te sturen op financiële risico’s.

Sturen op efficiency

Voor het realiseren van onze ambities is een efficiënte en effectieve organisatie nodig. De relatieve omvang van onze organisatie, afgezet tegen het aantal inwoners, daalde enige jaren: van 9,2 formatieplaatsen (fte) per 1.000 inwoners in 2003 naar 5,99 in 2018. De daling was te verklaren door onder andere de toename van het aantal inwoners, bezuinigingen en andere efficiencymaatregelen. Onderstaand overzicht toont dat er vanaf 2019 sprake is van een gestage groei van het aantal fte’s:

Formatie

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

2023

fte

298,24

310,38

321,33

351,46

341,73

383,6

403,6

427,18

fte per 1.000 inwoners

5,6

5,89

5,99

6,47

6,69

6.79

7,12

7,41

De stijging is een gevolg van ontwikkelingen in de woningbouw, uitvoering van meer taken in het sociaal domein en de invoering van de Omgevingswet. Met een formatie van 7,41 Fte per 1.000 inwoners zit de gemeente onder het landelijk gemiddelde van 8,2 fte per 1000 inwoners (2023). De bezetting bedroeg per 31 december 2023 427 fte. Dit betekent per saldo dat 27,6 fte vacatureruimte openstond op 31 december 2023.

Bezetting

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

2023

fte

296,3

296,29

306,81

349,97

355,97

365,11

376

400,84

fte per 1.000 inwoners

5,7

5,6

5,8

6,4

6,4

6,56

6,64

6,95

Het percentage externe inhuur in onze organisatie was eind 2023 22,02% van de totale loonsom, een stijging ten opzichte van 2022 (14,87%). Deze kosten zijn voornamelijk te verklaren door een aantal crises, zoals de kinderopvangaffaire, vluchtelingen Oekraïne, project asielopvang en energietoeslag. Voor de uitvoering van de meeste van deze crises is weliswaar extern ingehuurd, maar hiervoor is ook een specifieke uitkering vanuit het Rijk beschikbaar om de kosten te dekken. Daarnaast noodzaakt de krappere arbeidsmarkt tot inhuur, die grotendeels gedekt wordt uit vrijvallende vacaturegelden.

Externe inhuur

2017

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Kosten als % van totale loonsom + totale kosten inhuur externen

5,8

9,24

18,8

14,39

12,08

19,17

22,02

Sturen op gezondheid

  • Gezondheidsmanagement: we stimuleren gezond gedrag van onze medewerkers door onder andere het aanbieden van gezonde voeding in het bedrijfsrestaurant, het geven van voorlichting en het persoonlijk gezondheidsbudget. In 2023 zijn de bestedingsdoelen van het persoonlijk gezondheidsbudget uitgebreid. Daarnaast zijn er voorbereidingen getroffen om in 2024 te starten met een vitaliteitsplatform waarop medewerkers hun persoonlijke vitaliteitsbudget kunnen besteden.

  • Werk en werkomstandigheden: wij inventariseren en evalueren werkomstandigheden, houden werkplekonderzoeken en verzorgen weerbaarheidstrainingen in het kader van agressie en geweld. Regelmatig vinden organisatorische, ergonomische of technische verbeteringen plaats om (werk-)overbelasting terug te dringen. In 2023 is de lokale RVU-regeling beëindigd in verband met de cao. Veel medewerkers hebben hier nog gebruik van gemaakt.

  • Inzetbaarheid en re-integratie: wij hanteren een proactieve verzuimaanpak, gericht op gezondheid in plaats van ziekte en bieden laagdrempelige toegang tot arbeidskundige en arbotechnische zorg. We sterven ernaar om risico’s vroegtijdig te herkennen en uitval te voorkomen. In 2023 zijn we gestart met een nieuwe arbodienst die ons hierbij begeleidt en zijn we overgegaan van een maatregeling naar een vangnetregeling. De arbodienst heeft een tweedaagse training georganiseerd om leidinggevenden handvatten te geven op het gebied inzetbaarheid en re-integratie. In 2024 gaan we starten met SMT’s en het ontwikkelen van beleid.

  • Aandacht voor het ziekteverzuim: In 2023 bedroeg het ziekteverzuimpercentage 5,82% (was in 2022 7,02%). De daling is onder andere te verklaren door geen nasleep van corona, het afsluiten van wat langdurige dossiers en stijging omvang personeelsbestand.

  • Aandacht voor mantelzorg: sinds 2023 heeft onze gemeente de erkenning als Mantelzorgvriendelijke organisatie. Dit betekent dat we oog hebben voor de invloed van mantelzorg op medewerkers en hun werk. Voor mantelzorgers bestaat geen standaardoplossing, we kijken daarom naar de situatie en behoefte van de medewerker en samen zoeken we naar een maatwerkoplossing. In 2023 hebben we stilgestaan bij de dag van de Mantelzorger, leidinggevenden een presentatie gegeven en hebben we aan verschillende interne (ervarings)deskundigen gevraagd wat de behoefte is. Dit heeft geresulteerd in het organiseren van mantelzorgwandeling die in 2024 zullen starten.

Ziekteverzuim

2017

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Verzuimpercentage

5,76

4,01

4,61

4,31

5,28

7,02

5,82

Afdelingstarieven (exclusief overhead)

Afdeling

Uurtarief

Directie

111,15

Griffie

60,62

Directiestaf

67,14

Bedrijfsvoering

58,69

Interne dienstverlening

50,13

Ruimte, Belastingen en Gegevensbeheer

59,05

Sociaal Domein

56,11

Beleid

60,68

Ontwikkeling

58,57

Wijkzaken

52,63

Rechtmatigheidsverantwoording 2023

Verantwoordelijkheid college van burgemeester en wethouders

De baten en lasten alsmede de balansmutaties moeten getrouw in de jaarrekening worden opgenomen. Uit het getrouw opnemen van de baten en lasten alsmede de balansmutaties, blijken een drietal rechtmatigheidscriteria niet expliciet. Dit betreffen het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium. In deze rechtmatigheidsverantwoording licht het college van burgemeester en wethouders toe in hoeverre bij de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium zijn nageleefd. Dit houdt in dat de verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties in overeenstemming zijn met door de raad vastgestelde kaders zoals de begroting en gemeentelijke verordeningen en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving. Bij de waarderingsgrondslagen in de jaarrekening is het door de raad op 28 maart 2024 vastgestelde normenkader van de relevante wet- en regelgeving verder toegelicht.

Deze verantwoording hanteert een grensbedrag omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. Deze grens is door de raad bepaald en bedraagt 3% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves en is daarmee vastgesteld op € 6.306.300.

Bevinding

Het college is van mening dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties niet rechtmatig tot stand zijn gekomen binnen de daarvoor gestelde grens.

Alle afwijkingen bij elkaar opgeteld dan gaat het om € 12.955.150. Als de raad instemt met de jaarrekening dan worden een aantal afwijkingen alsnog rechtmatig verklaard. De resterende afwijkingen ter hoogte van € 5.888.614 blijven dan nog onrechtmatig. Dit is minder dan de 3% norm (€ 6.306.300) die de raad heeft vastgesteld.In een ander deel van het verslag staat meer informatie over de afwijkingen en ook hoe het college ervoor zorgt dat het in de toekomst niet meer gebeurd.

In de paragraaf bedrijfsvoering is op basis van de Kadernota rechtmatigheid van de commissie BBV en op basis van de afspraken met de raad aanvullende informatie opgenomen over de financiële rechtmatigheid. In deze paragraaf heeft het college ook beschreven welke actie hij onderneemt om vermelde afwijkingen in de toekomst te voorkomen.

De geconstateerde afwijkingen betreffen

De begroting:

Voor wat betreft de begrotingsonrechtmatigheid wordt er een onderscheid gemaakt tussen onrechtmatigheden die door de vaststelling van de jaarrekening gecorrigeerd zijn (1a in onderstaande tabel) en onrechtmatigheden die niet corrigeerbaar zijn (1b). Het totaal aan niet corrigeerbare onrechtmatigheden is van belang om te bepalen of wij boven of onder de verantwoordingsgrens blijven.

Nummer

Toelichting

Bedrag

1a

Overschrijding begrote lasten per programma

P 7 individuele voorzieningen

€ 2.581.000

P9 Bestuur en dienstverlening

€ 699.000

Totaal van de programma’s

€ 3.280.000

Vennootschapsbelasting

€ 2.717.000

Overhead

€ 395.000

Totaal van de middelen

€ 3.112.000

Totale afwijking van begroting en jaarrekening

€ 6.392.000

1b

Diverse investeringsafwijkingen < € 50.000 conform nota investeren en afschrijven (24 investeringen, zie ook nummer 4):

€ 184.536

Overschrijdingen investeringen > € 50.000 conform nota investeren en afschrijven ( Saldo begroting onrechtmatigheid):

Strategische Grondverwerving

€ 1.095.016

Onderwijs (vijf investeringen)

€ 2.655.597

Sport (twee investeringen)

€ 429.473

BHP groen (twee investeringen)

€ 194.366

Riolering (één investering)

€ 75.521

Starterslening

€ 490.000

Totaal investering > € 50.000

€ 4.939.973

Totaal investeringsafwijkingen

€ 5.124.509

2

Ongeautoriseerde reserve mutaties

0

3

Overschrijding van baten en lasten die niet tijdig tot een begrotingswijziging hebben geleid

0

4

Totaal van de begrotingsonrechtmatigheden (onderdeel 1 en 2) dat past binnen het vooraf vastgestelde beleid en daarmee als acceptabel is geduid.

      -/-€  7.066.536

5

Resterend begroting onrechtmatigheid

€ 4.449.973

In 2023 is op basis van een aantal aanbestedingsresultaten vanuit control een QuickScan op proces niveau uitgevoerd. Hierbij is voornamelijk een gebrek aan Eigenaarschap en kennis van het proces geconstateerd. Het management heeft een opdracht gegeven voor het actualiseren van de Planning en Control cyclus en voor het inrichten van een contractenmanagement systeem. De invoering van contractmanagement zal conform planning op 1 januari 2025 gereed zijn.

Daarnaast is de P&C cyclus aangepast en organisatie breed gepresenteerd. De volgende stap is de aanpassing van de investeringsplanning in de P&C cyclus waarbij ook toegepast zal worden dat er niet meer aan opdrachtwaarde in de markt gezet kan worden dan het toegestane investeringsbedrag. Voor 2024 is sprake van een overgangsjaar.

Alle ontwikkelingen zijn gericht om op een efficiënte en duurzame wijze naar een “In Control” statement te komen vanaf het boekjaar 2026.

De voorwaarden

Overschrijding Europese aanbestedingsnormen:
  • Bij de aanbesteding van de speelvoorzieningen maakt de gemeente gebruik van een regionaal inkoopcontract. Dit inkoopcontract was geldig tot 1 januari 2024. In de contractperiode zijn meer opdrachten verstrekt dan vooraf als opdrachtwaarde was aangegeven waardoor een totale (spend) onrechtmatigheid is ontstaan van € 915.214. De raad is hier middels een memo in december over geïnformeerd. Deze reactie is opgenomen in de toelichting van het college op de interim controle van de accountant. Voor het boekjaar 2023 betreft het een onrechtmatigheid van €406.923 en voor de boekjaren 2021 en 2022  € 489.947.

  • Bij de aanbesteding van de lichtmasten door de afdeling Wijkzaken is bij een contract een onrechtmatigheid van € 237.258 ontstaan.

  • Vanuit het Sociaal Domein is een langlopend contract met uitgeverij. Deze vorm van dienstverlening heeft eraan bijgedragen dat de Europese aanbestedingsgrens niet is gehandhaafd met onrechtmatigheid van € 91.754 tot gevolg

  • Bij Bedrijfsvoering zijn er vier contracten die de Europese aanbestedingsgrens overschrijden. Dit veroorzaakt een onrechtmatigheid van € 269.950 voor 2023.

  • Bij ontwikkeling zijn er een tweetal contracten die de Europese aanbestedingsgrens overschrijden. Dit veroorzaakt een onrechtmatigheid van € 17.437 voor 2023.

  • Bij Bedrijfsvoering is een ICT opdracht via de softwarebroker aan een leverancier verstrekt. Helaas komt de aanbieder niet voor in de gecontracteerde aanbesteding. Het betreft een overeenkomst voor onbepaalde tijd. Op basis van de huidige omvang is de volledige opdrachtwaarde van € 415.319

De overschrijdingen op de Europese aanbestedingsrichtlijnen zijn nooit volledig te voorkomen. De meeste onrechtmatigheden zijn een gevolg van onvoldoende inzicht en beheer op het contractmanagement. In 2023 is er gestart met een projectopdracht “Eigenaarschap”. De hoogste prioriteit is gegeven aan de bewustwording en vervolgens het verwerven en inrichten van een contractmanagement proces. In de loop van 2024 zal dit op voor de eerste afdelingen al ingericht worden en het streven is om per 1 januari 2025 als (verplicht) standaard proces toe te passen.

Overschrijding mandaat:
  • Bij de Verbijzonderde interne control is een onrechtmatigheid in de grondtransacties geconstateerd. Conform het mandaat dient de Raad vooraf geïnformeerd te worden over de grondtransacties. De gemeente heeft van de Provincie Zuid-Holland een fietspad overgenomen alsmede het eeuwigdurend onderhoud hiervan. Deze transactie is niet zichtbaar via de besluitvorming aan uw raad voorgelegd. De transactiewaarde was het symbolische bedrag van 1,00. Doordat de waarde geen marktconforme waardering bevat ontstaat er een risico voor Staatssteun. Gelet op de onderliggende afspraken schatten wij in dat in deze casus het risico nihil is.  De onderhoudswaarde van het fietspad dient in het geactualiseerde wegenbeheerplan opgenomen te worden.

SISA regelingen:

Bij de Specifieke uitkeringen zijn geen onrechtmatigheden over 2023 geconstateerd.

Voorkomen van misbruik:

Naast misbruik en oneigenlijk gebruik kan er sprake zijn van fraude. De term fraude is juridisch niet gedefinieerd. Het gaat hierbij om derden die misbruik maken van de regelingen van de gemeente Pijnacker-Nootdorp. We maken hierbij onderscheidt tussen externe en interne signaleringen. Voor de externe signalering is op de website van de gemeente een mogelijkheid om het vermoeden van misbruik van uitkeringen of zorgverstrekkingen te melden.

In de vastgestelde nota Integraal Risicomanagement 2021-2024 (zaaknummer 1265620) is vastgesteld hoe vanuit het risicomanagement signaleringen in het kader van misbruik en oneigenlijk gebruik herkende kunnen worden vanuit de volgende beheermaatregelen:

  • Invoering en handhaving van de three lines of defense

  • Verbijzonderde interne controles waarbij een risicomodel is toegepast op wegingsfactoren

  • Vanuit de spend analyse vind ook voor de risicovolle processen een verdieping plaats op de prestatieleveringen.

  • Bij afwijkende signaleringen/waarnemingen wordt door Control een verdiepend onderzoek ingesteld en een rapport van bevindingen en aanbevelingen opgesteld.

Bevindingen:

Sociaal domein uitvoering Participatie Wet:

De uitvoering van het handhavings- en fraudebeleid is erop gericht om te voorkomen dat er misbruik wordt gemaakt van sociale voorzieningen. Dit is belangrijk om het draagvlak voor deze regelingen te behouden. Elk vermoeden van fraude wordt onderzocht op feiten en geconstateerde fraude wordt adequaat gesanctioneerd. Het maatschappelijk signaal dat wij hiermee willen afgeven is dat fraude binnen de gemeente Pijnacker-Nootdorp niet geaccepteerd wordt en zeker niet lonend is.

De resultaten van de handhaving in 2023 waren als volgt:

Handhaving

2021

2022

2023

Aantal uitkering beëindigd

4

2

5

Afwijzing uitkering

5

5

2

Overdracht naar Sociaal Recherche

0

0

0

De sociale recherche krijgt steeds meer een specifieke rol en wordt alleen nog ingezet bij grootschalige fraude met mogelijk strafrechtelijke gevolgen. Hierbij wordt naast het beëindigen van de uitkering en de eventuele terugvordering, ook proces verbaal opgemaakt voor het Openbaar Ministerie. Op grond daarvan kan de officier van justitie besluiten om de fraudepleger te vervolgen. Deze loopt dan het risico een hoge boete of gevangenisstraf te krijgen. In Pijnacker-Nootdorp verricht de sociale recherche Delft dergelijk onderzoek. In 2023 is hiervan geen gebruik gemaakt.

Algemene Bedrijfsvoering:

Voor het jaar 2023 zijn er geen gevallen van fraude bekend. Het GMT heeft gedurende 2023 diverse afwijkingsbesluiten genomen met aanwijzingen hoe de vervolgprocessen opgevolgd dienden te worden. Vanuit de VIC is geconstateerd dat de aandacht voor de verbeterprocessen niet in alle gevallen adequaat opgevolgd zijn. Dit heeft vooral te maken met de cultuur waar de organisatie uit is ontstaan en het veranderingsproces naar de organisatieverandering die in 2023 in gang is gezet.

Vanuit de prestatieleveringen zijn voor het proces inkoop een aantal controles uitgevoerd. Hierbij zijn geen onregelmatigheden geconstateerd. Er zijn in 2023 drie verdiepingsonderzoeken uitgevoerd waarbij wel onrechtmatigheden zijn geconstateerd maar geen misbruik, oneigenlijk gebruik of fraude

Totaal overzicht bruto bevindingen:

Classificatie

Bedrag

De begroting

€ 11.516.509

De voorwaarden

€ 1.438.641

Voorkomen van misbruik

0

Totaal onrechtmatig

€ 12.955.150

Totaal overzicht netto bevindingen:

Classificatie:

Bedrag

Begrotingsonrechtmatigheid

€ 4.449.973

Voorwaarden criterium

€  1.438.641

Misbruik en oneigenlijk gebruik

0

Totaal onrechtmatigheid

€ 5.888.614